De paden op, de lanen in. Aan dat lied moet ik denken als ik de afgelopen dagen met de bus de dorpen intrek. Denk dan niet aan de gladde, geasfalteerde Nederlandse wegen. Maar meer aan die kleine weggetjes waar je in Nederland doorheen loopt. Alleen zijn hier de weggetjes hier zo breed dat er een klein busje door kan rijden. Rijden vereist van de chauffeur goede stuurkunst om de hobbels en kuilen te ontwijken. En dat kan hij!
Er echt op uit dus. Letterlijk het veld in. Kijken en luisteren in hoe dorpen he proces van transformatie doormaken om geen handje meer op te houden om van anderen geld te ontvangen. Maar zelf het leven ter hand te nemen en met creativiteit en op basis van eigen kunnen de leefomstandigheden te verbeteren.
We hebben de afgelopen twee dagen twee gemeenschappen bezocht. Eergisteren bezochten we een dorp dat een jaar geleden met het proces begonnen. Gisteren een die er al tien jaar mee bezig is.
Eergisteren begonnen we bij het districtskantoor met een lekkere lunch met onder andere verse jackfruit en een soort pannenkoek. Daarna gingen we onder een boom zitten om te horen over de geschiedenis van het werk, maar vooral ook om te horen wie wat is en wat hij of zij doet. Dus na anderhalf uur was het tijd om naar het dorp te gaan. Maar niet nadat we eerst het schooltje en de kerk hadden bekeken. De klas, zo te zien groep 1 en 2 zat buiten onder de boom. Verlegen lachten en zwaaiden de kinderen naar ons. En wij konden hen fotograferen.
Na weer driekwartier de paden in, kwamen we aan. Met geluiden die ik ken van de Turkse bruiloften kondigden vrouwen onze komst aan. Een warm welkom. In de kerk aangekomen was de gemeente al aanwezig. Al uren, hoorden we. Om te begrijpen wat Nederland is en hoe we eruit zien. Het welkom was warm. We moesten aan de zijkant zitten, zodat iedereen ons kon zien. Een muziekband met speciale muziekinstrumenten die een heel warme en vooral harde klank gaven zong een vrolijk lied.
Na de verwelkoming, waarin eerst alle belangrijke mensen en ook wijzelf zich voorstelden, was het tijd om te vertellen wat het programma hen had gebracht. Kern was vooral dat ze hun leven zelf ter hand hadden leren nemen. Door slim om te gaan met wat ze hebben, was hun levensstandaard al verbeterd. Een man vertelde dat het voor een man belangrijk is om een eigen huis te bouwen. Hij had geleerd zelf van klei uit de grond bakstenen te bakken en daarmee zijn huis op te bouwen. Dat is beter en gezonder dan de lemen hutjes die de meesten voor zich bouwen. Hij vertelde later, toen we een bezoek aan zijn huis brachten dat hij ook had geleerd brood te bakken. Daarmee kon hij zichzelf door verkoop iets beter voorzien.
De kerk waar we waren is een pinkstergemeente (Pentecostal Assemblies of God -PAG-). Dat is het kerkgenootschap dat dit programma was begonnen. We hoorden al dat het in gemeenschappen niet meer uitmaakt uit welke kerk je komt. In de opbouw van de lokale gemeenschap vallen kerkmuren weg. Church of Uganda (Anglicaans), Leger des Heils en Katholieke kerk werken nauw met PAG samen.
Na de bijeenkomst gaan we het veld in. Eerst op bezoek bij de man waar ik eerder over schreef. Midden in het veld, via een klein paadje komen we bij het huis. Het is niet 1 huis, maar enkele huisjes of hutjes op een groot terrein. Elk heeft zijn eigen bedoeling. Wij verbazen ons over hett lemen hutje met dichte rieten dak, dat dienst doet als keukentje. De pan staat op houtskoolvuur. 'Hoe kan dat zonder schoorsteen?' vragen we aan een van de meegekomen leiders. 'Het gebeurt gewoon en ja, het is niet gezond' antwoordt hij. Bij een ander huis wonen twee gezinnen. Het christengezin is zo blij met onze komst dat de vrouw een van onze vrouwelijke reisgenoten een levende kip aanbiedt. En die mogen we niet weigeren! Met de kip op de arm wordt de vrouw, haar man en gezin een zegen gebeden. Ondertussen pakt een van de kleine meegekomen kinderen mijn hand om hem pas veel later weer los te laten.
De kip wordt achterin de bus in de laadruimte gestopt, samen bij de twee anderen die we al in de kerk hadden gekregen. We hadden eerder afgesproken weer terug te gaan naar onze slaapgelegenheid om rustig na te praten en te eten. Vergeet het maar. De kerk had een feestmaal als lunch, om vijf uur, gereed gemaakt. Iedereen aan rijst, deeg van cassave, rundvlees, kip en nog wat andere ingredienten.
Daarna terug, over hobbelige wegen de zonsondergang zien. En zonder lantaarns door de pikdonkere wereld. Ondertussen wordt iedereen onrustig in de bus. Nederland speelt zijn tweede wedstrijd op het WK. Ik sms mijn vrouw om de stand door te geven. 1-1 schreeuw ik door de bus! Vlak na het begin van de tweede helft komen we aan. De gele kaart aan van Persie was net gegeven Petjes gaan op, stropdassen om. Oranjesfeer midden in Oeganda! Gehuil, twee keer gejuich en opluchting na afloop. Tja, en we konden het niet maken bij ons guesthouse het diner te laten staan (wat mij betreft vooral omdat geit op het menu stond), dus aten we het diner om halftien in de avond. Wauw wat een wereld. Niet goed, niet slecht, maar anders.
Wat kun jij leuk schrijven Rick!! Ik zie het voor me. Groet!
BeantwoordenVerwijderen